Zijspancross Begrippenboek


Hieronder vind u het zijspancross begrippenboek. Hier worden bekende zijspanmotorcross begrippen en namen behandelt. De namen staan op alphabetische volgorde gerangschikt via de achternaam van de besproken personen. Mist u een woord of naam aarzel dan niet en stuur dit woord + een korte uitleg in via de e-mail


A

Adrianssen: Ben Adrianssen is een Belgische zijspancrosser die met samen met de Nederlander Ben van den Boogaart Wereld kampioen zijspancross werd in 2013 op een WSP-KTM.  
Adriaenssen is begonnen met zijspancrossen in 2004 bij de Nederlandse 'liefhebbers'bond, de MON, met Kenny van Galen aan zijn zijde. In 2007 en 2008 werd dit koppel kampioen bij de MON. In 2009 stapte men over naar de grote bond en werd er ook begonnen met het rijden van het WK. In 2009 werden Adriaenssen/Van Galen 18e in het WK en in 2010 werd men al 6e. Hierna scheidde de wegen van Van Galen en Adriaenssen zich waarna laatst genoemde eerst reed met
de Fransman Guennady Auvray met wie hij in 2011 zijn eerste manche overwinning in een GP behaalde. In 2012 werd een beroep gedaan op de ervaren bakkenist Sven Verbrugge met wie Adriaenssen uiteindelijk derde werd in het WK van 2012. In 2013 werd besloten om aan te treden met de Nederlander Ben van den Boogart. In 2013 bleek team Adriaenssen onverslaanbaar.
Ben en Ben stonden in 2013 geen één keer langs de zijlijn door pech en reden bijna het hele seizoen foutloos naar hun Wereld titel toe die zij in de voorlaatste Grand Prix te Rudersberg(D) al binnen sleepte na 7 GP-zeges in het seizoen 2013.
 

AYR
: Frames uit Estland gemaakt door oud-zijspancrosser Are Kaurit. De frames zijn kenmerkend door een,  telescoop voorvork (deze zit ook op een gewone solo motorfiets) waar andere huidige zijspancrossframes allemaal een 'swingarm' aan de voorkant hebben.

St.Anthonis: In de plaats Sint Anthonis werd vroeger altijd de beroemde internationale motocross der Azen verreden. Vanaf eind jaren vijftig vonden de zijspannen ook hun weg naar deze destijds populaire openingscross. Vanwege het ontbreken van een echte internationale competitie bij de zijspannen was dit één van de momenten waarop men in de jaren zestig de krachten kon meten met  andere toppers uit het buitenland. Deze wedstrijd was in deze tijd dan ook zeer geliefd bij zijspandeelnemers alswel publiek. In de hoogtij jaren van 'St.Tunis' (grofweg 1955-1975) stonden er tienduizenden toeschouwers langs de baan. Uiteindelijk ging deze wedstrijd toch ten onder. Er kwamen steeds meer internationale motocross wedstrijden en GP's  die steeds meer gingen samenvallen met de cross in St.Anthonis.
De laatste wedstrijd in 1984 werd bezocht door maar een kleine 4000 toeschouwers die nog maar weinig internationale toppers konden aanschouwen. 

 

 

B

Bak: Binnen de zijspan(cross)wereld de gebruikelijke benaming voor het zijspan naast de motor. De bak kan zowel aan de rechter als aan de linkerkant van de motor zitten.

Bakens: Jan Bakens was een zijspancrosser die in 1981 Nederlands kampioen werd samen met bakkenist Henk van Heek op een EML-Yamaha. In datzelfde jaar eindigde het duo op een derde plek in het WK.
Bakens wist als enige Nederlander bij de destijds bestaande bonden Gelimbria, NMB (later opgegaan in de MON) en dus ook KNMV kampioen te worden. Hiernaast won hij 1 Grand Prix, in 1983 in Lochem. Bakens viel verder op door de in de jaren tachtig zeer populaire 'Veronica's Beachrace' te Scheveningen maarliefst 6 keer te winnen.

Bakkenist:
De man/vrouw die in de bak doormiddel van het verplaatsen van het lichaam de zijspancombinatie in balans tracht te houden. De bakkenist probeert in bochten zoveel mogelijk gewicht aan de binnenkant van de bocht te houden zodat men zo snel mogelijk de bocht om kan zonder uit de bocht te vliegen, dan wel om te slaan. In de lucht na een springschans dient de bakkenist ook te zorgen voor ideale gewichtsverplaatsing zodat men een stabiele sprong kan maken en weer netjes kan landen.
Bakkenist zijn binnen de zijspancross is één van de zwaarste sporten ter wereld. Een bakkenist moet constant in beweging blijven, enig moment van rust wordt hem of haar niet gegund. Naarmate de snelheid toeneemt moet de bakkenist zich steeds meer inspannen om verder uit te hangen en deze bewegingen sneller te doen opvolgen als de volgende hindernis zich alweer aandient. Hiernaast worden bakkenisten vaak tijdens de top-wedstrijden (onbewust) geraakt in hun rug door andere deelnemers tijdens zeer felle en close gevechten. En dat, tijdens GP's, zo'n ruime 35 minuten lang met  dikke en beschermende kleding aan en soms onder de felle zomer zon.
Een totaal uitgeputte bakkenist is tijdens een GP wedstrijd midden in de zomer dan ook geen uitzondering. 

Bächtold: Hansi Bachtold is een Zwitserse zijspancrosser die tot aan 2002 WK-recordhouder was met 4 wereldtitels zijspancross. Deze titels behaalde Bächtold tezamen met Frits Füss tussen 1984 en 1987. Alle titels van deze Zwitsers werden behaald met een 'EML'-frame voorzien van het inmiddels legendarische  'Jumbo' motorblok.

Bax:Etienne Bax is een Nederlandse zijspancrosser die tot nu toe drie-maal Nederlands kampioen is geworden in de jaren 2010 ,2011 (met Ben van de Boogaart) en in 2012 (met de let Kaspar Stupelis). In 2012 heeft Bax zijn tot nu toe beste resultaat bereikt in het WK door tweede te worden achter de inmiddels tien-voudig wereldkampioen, Daniël Willemsen. In 2013 werd Bax opnieuw vice-wereldkampioen na in de begin-fase van 2013  nog lang aan de kant te hebben gestaan door blessure leed.
Etienne heeft het zijspancrossen met de paplepel ingegoten gekregen door zijn vader Jack Bax die als bakkenist van de Belg Descheemaeker kampioen is geweest bij de IMBA. Samen met zijn broertje Robbie Bax in de bak is Etienne zo al vroeg begonnen met de zijspancross op een door hun vader gebouwd jeugd-zijspan.

Bens: Marco Bens was een Nederlandse zijspancrosser uit de bekende zijspancross familie Bens. 
Marco zijn grootste triomf volgde in 1993 toen hij Nederlands kampioen zijspancross werd met Eric Toonen als bakkenist op een VMC-Zabel. In 1994 werd Marco Bens tweede in het NK, ondanks dat hij hetzelfde aantal punten had als Gerton Kops. Beiden hadden evenveel eerste plaatsen gescoord maar Kops was één maal meer tweede geworden waardoor de tweede titel aan de neus van Marco Bens voorbij ging.

Betekom: Plaats in België waar al net na WO II zijspancross wedstrijden werden georganiseerd op de omloop van de Balenberg door de KAMV Mortsel. 
Bij de start van de FIM-cup (voorloper van het WK zijspannen) in 1971 stond Betekom dus ook op de kalender en met wat uitzonderingen daar gelaten elk jaar nadien tot aan 1996. Door onder andere steeds strengere milieueisen kon de organiserende club het niet meer opbrengen om na 1996 de GP van België te organiseren en verdween 'het Monaco' van de zijspancross helaas van de GP-kalender.  

Böhler: Reinhard Böhler is een Duitse zijspancrosser die met Siegfried Müller in de bak de enige Duitse wereldtitel in de geschiedenis van de zijspancross behaalde. Dit deed het Duitse duo in 1980 op een WASP-zijspan met hierin een Yamaha-motorblok, getuned door de Duitser Wilhelm Zabel.

Bollhalder: Emil Bollhalder is een Zwitserse zijspancrosser die in 1982 en 1983 wereldkampioen zijspancross werd  met Karl Büsser in de bak op een WASP-Yamaha.  Een paar jaar eerder, in 1979, was Emil Bollhalder samen met zijn broer Roland al Europees-kampioen zijspancross geworden in het laatste jaar dat de FIM het grootste zijspancross kampioenschap op aarde benaamde als 'Europees'. Vanaf 1980 werd dit opgeschaald naar Wereld kampioenschap.

BSU: Frames die gemaakt werden in Rusland op initiatief van de heren De Wit en Brouwer. Laatstgenoemde was in eerste instantie betrokken bij KTM. BSU staat voor 'Brouwer Siep Ural'. Siep is de voornaam van De Wit en Ural verwijst naar de plek waar de frames daadwerkelijk werden geproduceerd. 
5 WK-titels werden binnen gesleept voor BSU door met name Sergis/Rasmanis. De Russische fabriek kon midden jaren negentig de productie niet meer voor zijn rekening nemen en toen werden de BSU-frames in Nederland vervaardigd door Berry Willemsen, de vader van zijspancross-icoon Daniël Willemsen. Later hield BSU in feite op te bestaan en ging Berry Willemsen verder met frames bouwen onder de naam WSP.

 

C

circuit/(motor)crossbaan: Zijspancrossers rijden gewoon op de normale motorcrossbanen.
Een kampioenschaps-waardig circuit voor de motorcross heeft een lengte van minimaal 1500 meter en maximaal 2000 meter. De breedte van het circuit moet minimaal 6 meter zijn maar acht meter minimaal wordt aanbevolen door de belangrijke motorsportbonden. Naast de binnenste afzetting moet aan beide kanten van de baan een veiligheidszone zijn van minimaal 1 meter en dan een buitstenste afzetting waarachter het publiek dient te blijven.
Het circuit moet uit natuurlijke ondergrond bestaan en kan permanent van aart zijn of éénmalig worden gebruikt. De verschillende springschansen (een circuit mag er geen bevatten of een heleboel, er is geen mini- of maximum) moeten zo gemaakt zijn dat men ook stapvoets eroverheen zou kunnen rijden en ze moeten zo zijn gesitueerd dat bij een sprong de crosser een normale mogelijkheid heeft om te landen. Het startveld moet minimaal 80 meter lang zijn en maximaal 125 meter.  Ook moet het startveld breed genoeg zijn om 15 zijspannen naast elkaar te kunnen laten starten achter het starthek en deze genoeg ruimte te geven om de eerste bocht in te duiken. Direct na de start moet eerst een bocht volgen alvorens een sprinschans zou kunnen volgen.
Motorcross banen kunnen erg verschillen van karakter. De meeste banen in Nederland bijvoorbeeld zijn zacht van ondergrond en kennen vaak weinig natuurlijke hoogte verschillen. In het buitenland zijn er echter crossbanen te vinden met veel natuurlijke hoogte verschillen en waarvan de ondergrond ook harder van aart is. Door het feit dat motorcrosscircuits zo van karakter kunnen verschillen dient een goede (zijspan)crosser zich meester te maken van verschillende rijstijlen om zowel in het diepe zachte zand als over de harde rotsachtige grond snel te kunnen gaan.

Cor van Heugten: Cor van Heugten was één van de eerste zijspancross-iconen in Nederland. Samen met zijn bakkenist Hans van Kampen wist hij driemaal achter elkaar Nederlands kampioen zijspancross te worden in 1964, 1965 (op een BSA) en in 1966 (op een Matchless). In 1964 en 1965 pakte het Amersfoortse duo naast de cross-titels ook het Nederlandskampioenschap grasbaanracen bij de zijspannen.
In deze tijd bestond er nog geen internationaal zijspancross kampioenschap maar in de enkele internationale wedstrijden die er waren vocht Cor van Heugten meermaals mooie duels uit met onder andere de Belgische legende Leon Liekens. Cor van Heugten had als bijnaam 'de stier' daar hij als een dolle de achtervolging kon inzetten op de koploper om de overwinning toch te kunnen grijpen. Na het plotselinge overlijden in 1967 van zijn bakkenist Hans van Kampen die slechts 23 jaar oud werd besloot Cor van Heugten te stoppen met de zijspancross.

 

D

Daniel Willemsen: Daniël Willemsen is de meest succesvolle zijspanrijder aller tijden. Hij heeft 10 WK-titels en evenveel Nederlandse titels op zijn naam staan. Ook is Daniël Willemsen vele malen Europees kampioen geworden met het landenteam bij de zijspancross.
Hiernaast is Daniël Willemsen ridder in de Orde van Oranje-Nassau, heeft hij in zijn woonplaats Lochem een weg die naar hem is vernoemd en is hij vijf maal winnaar van de Hans de Beaufort Beker, een prijs van de KNMV voor een sportman die buitengewoon bijzondere prestaties levert. Daniël Willemsen heeft ook diverse keren op een solo-machine meegedaan aan de Dakar rally die waarin zijn beste resultaat een 50ste plek was. Hiernaast heeft Daniël de rally-raid van Marokko éénmaal op zijn naam geschreven.
Daniël Willemsen is als kind al begonnen met zijspancrossen samen met zijn broer Marcel in de bak. Via vervolgens de kampioenschappen bij de MON en hierbij aansluitend de IMBA werd in 1994 de overstap gemaakt naar de KNMV. Al in het eerste jaar bij de KNMV kreeg Daniël een wildcard voor de GP van Nederland en prompt werd hij daar tweede. In 1999 werd de allereerste WK-titel veroverd met broer Marcel Willemsen aan zijn zijde. Een paar maanden later tijdens een training in Italië ter voorbereiding op het seizoen 2000 sloeg het noodlot toe. Door een mechanisch defect maakte de broers Willemsen een grote crash mee en hierdoor liep Marcel Willemsen een incomplete dwarslaesie op. Dit betekende een einde voor Marcel Willemsen als bakkenist. (later ging Marcel  als zijspanrijder verder, zie 'Marcel Willemsen')
Aanvankelijk wilde Daniël Willemsen ook stoppen met de zijspancross maar juist broer Marcel bleef hem pushen om dat niet te doen. Na wat mindere jaren, waarin Daniël Willemsen duidelijk moest wennen aan het feit dat broer Marcel niet naast hem in de bak stond, reeg Daniël Willemsen de WK- en Nederlandse titels aanéén. 
Hij werd wereldkampioen met achter één volgens de Let Kaspar Stupelis (2003,2004), de Belg Sven Verbrugge (2005,2006 en later in 2011), de Zwister Reto Grutter (2007, 2008), de Nederlander Gertie Eggink (2010) en in 2012 door blessure leed in feite met twee bakkenisten, de Nederlander Kenny van Gaalen en de Let Lauris Daiders. 
Naast al zijn vergaarde titels heeft Daniël Willemsen de zijspancross verandert in de benadering. Als geen ander kon en kan hij met een zijspan dingen (bijvoorbeeld inhalen waar men dat tot dan toe nooit voor mogelijk had gehouden, met een zijspan een tafelberg over springen precies als een solo crosser etc.) die later werden overgenomen door andere zijspancrossers. Hierdoor is Daniël Willemsen naast multi-kampioen ook een revolutionair figuur binnen de zijspancross daar hij de sport heeft verheven tot een spectaculairder geheel voor zowel deelnemers als publiek.

Dirkx: 'Broer' Dirkx, die eigenlijk Matthijs heette, was een succesvolle Nederlandse motorcrosser. In de jaren vijftig totaan midden jaren zestig kwam Broer uit in de solo crossklassen en wist daar vijf nationale titels binen te halen alsmede twee GP overwinningen in de 500cc klasse. Toen de lichtere twee-takt machines vanaf midden en eind jaren zestig steeds meer de overhand namen in de solo-cross besloot Broer zijn viertakt trouw te blijven en tot ieders verbazing over te stappen naar de zijspanklasse. In zijn eerste jaar bij de zijspannen, in 1968, werd Broer direct Nederlands kampioen op een BSA samen met Joop Brouwer in het zijspan. Dit leverde Dirkx ook de Hans de Beaufort beker op, een beker van de KNMV voor een motorsporter met een uitzonderlijke prestatie.
In de jaren nadien werd Broer Dirckx met zijn legendarische vaste startnummer 'H12' nog tweemaal Nederlandskampioen zijspancross en wel in 1972 (met Dick de Wolf) en in 1974 (met Andre Godschalk), beide keren op een WASP-Norton. Zijn laatste seizoen in de zijspancross reed hij in 1976. De bijnaam van Broer Dirkx was de 'bulldozer' met name vanwege zijn postuur. Broer was namelijk een grote kerel van meer dan 100 kilo en had zeer gespierde bovenarmen, uiteraard door het trekken aan het stuur van de (zijspan)crossmotoren. Na het beëindigen van zijn crossloopbaan baatte Broer Dirkx het latere roemruchte cafe 'de Toerist' uit in Valkenswaard.

 

E

EML: EML is de naam van een leverancier en bouwer van zijspancross-frames.
EML staat voor Eigen MakeLij en is ontstaan op het moment dat Hennie Winkelhuis een zijspan maakte voor- en samen met Jan ten Thije die er in 1967 direct Nederlands kampioen op werd samen met zijn broer Theo in de bak. Het werd in eerste instantie een kort succes door de  WASP-frames die ineens van overzee kwamen in het begin van de jaren zeventig. Winkelhuis liet zich echter niet uit het veld slaan en bleef gestaag zijn zijspanframe bedrijf doorbouwen met vooral innovatieve oplossingen voor allerlei problemen. Hierdoor stapte midden en eind jaren zeventig steeds meer zijspanrijders over naar EML. Dit resulteerde in 1979 voor het eerste mondiale succes toen Emil Bolhalder samen  met zijn broer Roland de Europese titel in de wacht sleepte op een EML voorzien van Yamaha kracht bron. Het grootste succes voor EML volgde later met de Zwitsers Hansi Bächthold en Fritz Füss. Zij werden vier jaar achter elkaar wereld kampioen op een EML met een Jumbo motorblok. Dat motorblok kwam ook van EML zelf af en was een krachtige twee-takt met 800cc. Inmiddels was de zijspancross razend snel aan het veranderen en kozen steeds meer coureurs voor een opgeboorde 500cc twee-takt. Dit bespaarde gewicht en de Jumbo's werden al snel aan de kant gezet. EML werd nog wel vier keer wereldkampioen, maar de jaren negentig waren voor EML niet gunstig gezind. Financieel ging het mis voor de firma die in de jaren tachtig ook al was begonnen met zijspannen leveren voor aan de straatmotorfiets. Na een rommelige tijd waarin eerst Winkelhuis zelf een doorstart probeerde te maken is het merk in de huidige tijd weer terug op de 'zijspancross'-markt. EML is overgenomen door Jan op 't Hoog en hij produceert weer EML frames voor de zijspancross.
 
 

F

FIM: De afkorting FIM staat voor Federation Internationale de Motocyclisme. Het hoofdkantoor is gevestigd in het Zwitserse Geneve. De FIM is opgericht in 1904 na een bijeenkomst in een café in Parijs door vertegenwoordigers uit België, Frankrijk, Duitsland, Denemarken en Oostenrijk. Thans zijn een kleine 100 nationale motor(sport)bonden van over de hele wereld aangesloten bij de FIM
Onder auspiciën van de wereldmotorbond worden verschillende wereldkampioenschappen in allerlei categoriën georganiseerd zoals in de wegrace (o.a. MotoGP) maar dus ook binnen de motorcross het FIM World Championship Sidecar Motocross. 

FIM-cup: De voorloper van het Europees- en later Wereldkampioenschap zijpancross heette de FIM-cup. In 1971 achte de FIM de tijd rijp voor een internationaal kampioenschap zijspancross, al wilde men er nog geen 'titel' aan geven in de zin van Europees of Wereldkampioenschap. In drie jaar echter ontwikkelde de FIM-cup voor zijspannen zich voorwaarts waardoor de FIM na drie jaar  deze competitie om te doopte  in het FIM European Championship Sidecar motocross en vanaf 1980 werd dit zelfs opgeschaald naar World Championship Sidecar motocross.

Führer: Andreas Fuhrer is een Zwitserse zijspancrosser die samen met zijn bakkenist Adri Kaeser het kunststukje van landgenoot Bächthold herhaalde door vier maal achter elkaar wereldkampioen zijspancross te worden in de jaren 1993 t/m 1996. Er stond in deze vier jaar geen maat op de Zwitsers met hun VMC-Kawasaki met linkerzijspan. Führer en Kaeser besloten om te stoppen na het behalen van de vierde wereldtitel zijspancross.

 
 

G

Van Gastel: Rijn van Gastel was een zijspancrosser uit Eindhoven die twee-maal op zijn motor met linkse bak de Nederlandse titel wist binnen te halen samen bakkenist Eric Hurkmans. In 1982 deden zij dit op een Wasp voorzien van Yamaha motor en in 1984 op een EML-Jumbo.
Internationaal kende Van Gastel samen met Eric Hurkmans in 1987 het meeste succes door met hun EML-KTM de Nederlandse GP in Halle te winnen en uiteindelijk derde te worden in de eindstand van het WK.

Grogg: Robert Grogg is een Zwiterse zijspancrosser die maar liefst vijf maal als winnaar kon worden gehuldigd in het mondiale zijspancross kampioenschap. Hij werd winnaar van de FIM-cup in 1972 (met Gerard Martinez) en toen het kampioenschap later omhoog werd geschaald naar Europees kampioenschap wist hij nog vier titels in de wacht te slepen.  In 1974 (met Andreas Grabber) en drie jaar onafgebroken van 1976 tot en met 1978. De laatste drie titels haalde hij met bakkenist Andreas Hüsser. Alle titels behaalde Grogg op een Wasp voorzien van Norton motorblok. Grogg was één van de eerste zijspanrijders die duidelijk heer en meester was, drie van zijn titels werden met grote voorsprong binnen gehaald. 

Grondman: Marcel Grondman is een Nederlandse zijspancrosser die in 2013 Nederlands kampioen zijpancross is geworden op een VMC-Zabel.  Grondman is begonnen met zijn broer Clemens in de bak in de jaren negentig. Nadat deze aangaf te stoppen is Grondman doorgegaan met het zijpancrossen. Echter verging het Grondman niet altijd even goed en verschillende malen werd overwogen om helemaal te stoppen met de zijspancross. In 2013 greep zandspecialist Grondman dan eigenlijk onverwachts toch naar de Nederlandse titel nadat de gedoodverfde kandidaten, Daniël Willemsen en Etienne Bax, geen rol van betekenis konden spelen in het kampioenschap. In de laatse manche van 2013 stond Grondman nog gelijk met de broers Visscher uit Hasselt. Uiteindelijk was Marcel Grondman de sterkste tesamen met bakkenist Christian Verhagen die aan de zijde van Grondman voor de derde maal naar de Nederlandse titel greep.

Van Gogh: Hans van Gogh en zijn bakkenist Sies Hurkmans waren echte zandspecialisten en het is vooral aan de pechduivel te danken dat dit duo niet vaker kampioen van Nederland is geworden want de drie jaar voor hun uiteindelijke titel  verloren zij alle keren op het laatste moment door motorpech.
In 1988 liet de techniek hen dus eindelijk niet in de steek en werden Hans van Gogh en Sies Hurkmans kampioen van Nederland op hun EML-Jumbo. 

 
 

H

Haller: De gebroeders Lorenz en Samuel Haller uit Zwitserland waren de laatste winnaars van de FIM-cup in 1973 na een zeer sterk gereden jaar op hun Wasp voorzien van een Honda 750 blok. De Hallers wisten 5 GP's te winnen en vielen wel wat wedstrijden uit maar doordat er in deze tijd nog met een schrapresultaat werd gewerkt hielden ze aan het einde van het jaar genoeg punten over om kampioen te worden.

Hendrickx: Joris Hendrickx  wist uiteindelijk de eerste Wereld Kampioen zijspancross te worden uit België (als rijder dan want in 2005 werd de Belg Sven Verbrugge al wereld kampioen als bakkenist)  samen met zijn bakkenist Kaspars Liepins uit Letland op een VMC met KTM 4-takt motorblok. Joris won deze titel ten koste van zijn neef Jan Hendrickx die voor de laatste GP in Duitsland aanvankelijk de titelstrijd leidde. Joris Hendrickx wist zijn titel niet te verdedigen in het jaar erna toen Daniël Willemsen weer sterk terug kwam (in 2009 miste Willemsen een aantal GP's doordat hij een beenbreuk opliep tijdens de ONK wedstrijd te Mill) Na het seizoen 2012 gaf de toen 28-jarige Joris Hendrickx aan te stoppen met actief zijspancrossen, dat wil zeggen het rijden van alle GP's.

Van Heugten: Zie 'Cor' en 'Ton'

Hüsser: De Zwitserse broers Husser werden in 1988 en 1989 Wereld Kampioen zijspancross op een VMC voorzien van een KTM 500cc twee-takt blok. Beiden hadden hiervoor al een cross-carriere gehad. Bakkenist Andreas Hüsser was al drie keer Europees kampioen geworden aan de zijde van Robert Grogg en reed later met Terry Good. Christoph reed aanvankelijk de 500cc GP's. Hier wist hij echter nooit door te stoten naar de absolute top. Samen besloten ze om in 1987 als zijspanduo te beginnen. Via de bond van Lichtenstein kregen de broers een licentie om deel te nemen aan de GP's en reeds in datzelfde jaar werden ze in totaal al verrassend vijfde in de WK-eindstand. In het jaar daarop werden ze direct Wereld Kampioen zijspancross, en officeel nog steeds voor de bond van Liechtenstein (dus als er ergens statistiek verschijnt met een wereldkampioen uit Lichtenstein weet u waarom). In 1989 wisten zij hun titel te prolongeren waarna de Nederlanders het stokje overnamen van de Hussers (in 1990 Janssen-V.Kessel en in 1991/1992 Timmermans/Verhagen), ook omdat de Zwitserse broers in 1990 al vroeg in het seizoen problemen kregen en niet het hele seizoen meer konden afmaken. Christoph is nog verder gegaan met zijspancrossen tot midden jaren negentig maar haalde nooit meer het niveau wat hij wel met zijn broer had bereikt.
Opvallend is ook het feit dat Christoph Husser een keer positief is gecontroleerd op gebruik van doping tijdens een controle na een zijpancrosswedstrijd, maar hiervoor nooit echt is vervolgd .
Dit is wel de reden waarom de zijspancrossers op de GP's opvallend vaak naar de doping-controle moeten vergeleken met andere takken van motorsport binnen de FIM.


I

IMBA: De 'International Motor Bike Association', voorheen de Internationale Motorsport Bond voor Amateurs. De IMBA is in 1954 in Duitsland opgericht als de IMB. In 1964 is de 'A' toegevoegd bij de naam. Al reeds in 1967, vier  jaar eerder dan de FIM-cup zijspancross dus, organiseerde de IMBA een eerste officieel internationaal kampioenschap voor de zijspancrossers. Dit kampioenschap telde precies één wedstrijddag in het Nederlandse Best waar vooral Nederlanders en Britten meededen en een klein aantal Duitse zijspancrossers. Ondanks dat de IMBA eerder dan de FIM met een eigen internationaal kampioenschap voor de zijspannen kwam bleef het europees kampioenschap zijspancross van de IMBA tot op de dag van vandaag in de schaduw staan van de latere FIM WK zijspancross. Het FIM WK is dan ook voor de absolute wereld top bedoeld en het IMBA kampioenschap 'voor de liefhebber/amateur' (wat overigens niet wil zeggen dat men tijdens IMBA wedstrijden rustig rijdt, ook hier wordt fel gevochten voor de titel)

 

J

Janssen: Benny Janssen en zijn vaste bakkenist Frans Geurts van Kessel waren een succesvol Nederlands zijspanduo. In 1990 behaalde 'de mennekes' hun beste resultaat door Wereld Kampioen zijpancross te worden op hun EML-Honda. Overigens met behulp van bakkenist Tiny Janssen die Geurts van Kessel een aantal wedstrijden noodgedwongen moest vervangen.
Het jaar daarna werden zij Nederlands kampioen zijspancross. Overigens wederom met behulp van een 'inval' bakkenist, Ron Varga, die zijn pijn verbeet tijdens de laatste NK manche in St.Isidorushoeve. Met gebroken ribben na een eerdere valpartij op dezelfde dag kwam Varga aan de zijde van Benny Janssen over de finish en wisten zij de Nederlandse titel zijspancross veilig te stellen.
Mede omdat bakkenist Frans Geurts van Kessel last bleef houden van een steeds terug kerende blessure werd besloten eind 1991 met zijspancrossen te stoppen. Ergens ook niet zo gek als men ook bedenkt dat zij alles al gewonnen hadden binnen de zijspanmotorcross met de WK en Nederlandse titel en hiernaast 11 GP overwinningen in de zijspancross GP's.
Maar dat de neven verknocht waren aan het zijspan werd duidelijk toen zij in 1992 terug keerden met een zijspan, alleen deze keer op de wegrace ciruits!
'De mennekes' kregen het voor elkaar ook zijspan-wegrace kampioen te worden in 1994 en in 1995 op een LCR-Yamaha. Een unieke prestatie binnen de motorsport.
Hiernaast stonden zij in het WK zijspannnen steevast in de top tien en wisten ze in 1998 bijna het podium te beklimmen tijdens de TT van Assen waar ze vierde werden. Een wegrace GP wisten zij nooit te winnen, al werd men één keer tweede in Engeland.


Janssen twins:
De tweeling broers Jacky en William Janssen uit Wijchen waren een succesvol Nederlands zijspancross duo die driemaal Nederlands kampioen zijspancross werden. In 1996 op een BSU-KTM, het jaar daarop met een EML-KTM en in 2000 deden de 'Janssen twins' dit kunststukje nog eens over op hun EML-Zabel. Vooral door ook veel pech wisten zij in het WK zijspancross nooit echt door te stoten naar de absolute top. Toch waren ook hier goede resultaten te zien met als beste resultaat een eindrankschikking als vierde aan het einde van de WK-cyclus. Ook wisten de Janssen-twins 5 GP's te winnen. In 2001 overleed hun vader Herman plotseling ten gevolge van een hartstilstand waarna de broers de motivatie niet meer konden opbrengen om door te gaan met de zijspancross nu hun vader en tevens inspirator was weggevallen.

 

K

Kids and Sidecars: 'Kids and Sidecars' is een Nederlandse stichting die als doelstelling heeft om het zijspancrossen voor de jeugd te promoten. Op initiatief van oud-bakkenist Bart Notten is de stichting uiteindelijk opgericht in 2009. Binnen deze stichting wordt een officeel kampioenschap jeugd-zijspancross georganiseerd, trainingsdagen met actieve zijpancross-toppers en er worden demonstraties verreden tijdens bijvoorbeeld GP zijspancross wedstrijden. Verder probeert men de jeugd zijspancross omhoog te tillen door het enthousiasmeren van eventueel nieuw geintresseerde ouders en kinderen en hen hierbij te begeleiden in de eerste stappen binnen de zijspancross. Ook helpt men bij eventuele vragen of onduidelijkheden van jeugdteams die al deelnemen aan activiteiten van deze stichting. Dat dit initiatief zijn vruchten afwerpt mogen duidelijk zijn. Er rijden inmiddels tien-tallen jeugdteams in binnen en buitenland hun rondjes op deugdelijke zijspancross-machines en in 2012 werden twee combinaties uit de eerste lichting jeugd zijspancross tweede en derde bij de 'volwassen' MON catogorie nationale zijspannen.

KNMV: De KNMV staat voor 'Koninklijke Nederlandse Motorwielrijders Vereniging'  is opgericht in 1904 na een bijeenkomst  in café Brinkman op de Grote Markt in Haarlem. De vereniging behartigd de belangen van motorrijdend Nederland en organiseerd hiernaast onder haar auspiciën daarnaast ook verscheidene kampioenschappen binnen de motorsport. Sinds 1961 organiseerd men ook het officiele Nederlands Kampioenschap zijspanmotorcross.

Kops: Gerton Kops is een zijspancrosser die twee-maal Nederlands kampioen wist te worden met zijn linkse  zijspancross combinatie. In 1994 op een VMC-Zabel met Gerwin Wijs in de bak na een bloedstollend seizoen waarin hij in punten gelijk eindigde met concurrent Marco Bens, echter bleek Kops net even meer top-uitslagen te hebben dan Bens waardoor in 1994 zijn eerste Nederlandse titel een feit bleek. In 1995 wist Kops na wederom een spannend seizoen zijn titel te prolongeren op een BSU-KTM met Sies Hurkmans in de bak.  Ook voor Sies Hurkmans was het zijn tweede Nederlandse titel na deze in 1988 al te hebben gewonnen met Hans van Goch.

Kwalificatie: zie 'qualification'

L

Van der Laan: Wil van der Laan was een Nederlandse zijspancrosser die in 1977 en 1978 Nederlands kampioen zijspancross wist te worden op een Wasp voorzien van een Weslake krachtbron. Hiernaast wist hij één manche voor het Europees kampioenschap zijspancross te winnen in 1979 tijdens de GP in Zaltbommel.
Vooral die eerste Nederlandse titel in 1977 behaald met twee bakkenisten, Marius van de Berg en Jaap van Vliet, oogst veel respect na een seizoen met tegenslag vanuit onverwachte hoek.
De broer van Wil, Piet van der Laan, kwam namelijk indatzelfde jaar om het leven na een noodlotig zijspancross ongeluk op het circuit van Veldhoven tijdens een nationale zijspancrosswedstrijd. Wil reed op dezelfde dag een internationale zijspancross in Frankrijk en vernam het overlijden van zijn broer op maandagochtend in een krant tijdens een bezine stop op weg terug naar huis. Als bijna vanzelf sprekend zag Wil van der Laan tegen de resterende wedstrijden op maar toch vond hij de kracht om juist in dat rampzalige jaar Nederlands kampioen te worden.
In 1978 wist hij met ruime marge zijn titel te prolongeren met bakkenist Jaap van Vliet. In het jaar 1979 was de spanning om te snijden en tijdens de allerlaatste NK wedstrijd in Rosmalen ging het fout tussen Van der Laan en zijn naaste belager Ton van Heugten. Beide zijspannen gingen in de laatste ronde over de kop tijdens een fel gevecht om de titel. Van der Laan wist eerder dan Van Heugten weer zijn weg te vervolgen en kwam eerder over de finish en dacht dus kampioen te zijn geworden. Ton van Heugten had echter protest aangetekend en na bestudering van TV-beelden door de wedstrijdleiding ging de titel toch aan de neus van Van der Laan voorbij omdat hij de schuld kreeg van de crash. Van der Laan betichte Van Heugten echter weer van 'vuil spel' omdat Van Heugten zijn zijspan bruusk in een ander spoor had gegooid waardoor de crash uiteindelijk onvermijdelijk bleek.
Hoe het ook zij, Van Heugten ging de boeken in als Nederlands Kampioen 1979 en Van der Laan als tweede.

Na het stoppen met de zijspancross begon Wil van der Laan later een tweede cross-carriere in de destijds nieuwe categorie van de quads. Op een KTM-quad wist Wil van der Laan van 1991 t/m 1994 vervolgens vier maal Nederlands kampioen te worden.

Liekens: Leon Liekens was een Belgische zijspancrosser en werd maarliefst 12 keer nationaal kampioen in de periode tussen 1954 en 1968. 'De Bolle' uit Wiekervorst is een echte pioniers-figuur geweest binnen de zijspancross. In de tijd dat er nog geen volledige zijspancross-frames bestonden of anderszijds producten puur voor de zijspancross moest men immers zelf wel inventief zijn om het materiaal steeds verder te ontwikkelen. Liekens was ook een graag geziene rijder in het buitenland en veelal trok hij dan ook met zijn auto en de zijspan op een aanhanger richting Frankrijk en Nederland maar zelfs ook een aantal keer richting  Zwitserland, Oostenrijk, Zweden en zelfs Spanje om zijn zijspancross kunsten te vertonen.
Liekens heeft duidelijk ook een pioniersrol gespeeld in de ontwikkeling van de zijspancross in Nederland en in Frankrijk door er veel te rijden maar ook anderen te enthousiasmeren voor de zijspancross en te helpen met raad en daad.
Achteraf bezien is het zuur voor Liekens dat hij niet twintig jaar later faam maakte als zijspancrosser omdat er pas vanaf 1971 een internationaal zijspancross kampioenschap bestaat en Liekens dus nooit officeel internationaal een titel heeft kunnen behalen. In de jaren zestig veegde hij echter vaak de vloer aan met buitenlandse concurrenten uit Engeland, Nederland, Frankrijk en Zweden waardoor de ondertitel van een boek verschenen over Liekens, De ongekroonde wereldkampioen,  duidelijk is gerechtvaardigd en zeer op zijn plaats is.

Lubbers: Rikus Lubbers  was een Nederlandse zijspancrosser die zijn carriere in de zijspannen begon op aanraden van Dick Müller (de vader van latere vice-wereld kampioen August) nadat Rikus was gestopt met crossen met een 500cc solomachine.  Lubbers had duidelijk talent voor de zijspancross en vanaf zijn debuut in 1967 werkte hij zich gestaag naar voren. 1971 zou zijn top jaar worden. Via zijn werkgever en sponsor 'OK benzine' kon hij een mooie nieuwe WASP-zijspan kopen waar een Norton 'commando' motorblok in werd gebouwd. In dat jaar werd voor het eerst de FIM-cup voor de zijspannen verreden. Nederland had maar drie startplaatsen en Lubbers viel hierdoor aanvankelijk buiten de boot doordat hij in 1970 als vierde was geeindigd in de stand om het Nederlandskampioenschap. De eerste GP in Frankrijk werd daardoor niet gerreden en na veel soebatten, Nederlands tweede man Ben Snijder kon namelijk niet starten na een sleutebeenbreuk, mocht men gelukkig wel starten in de tweede GP te Kamp-Lintfort in Duitsland.  Later in het seizoen tijdens de GP van België ging het echter mis toen men vanachter werd aangereden door een andere deelnemer en bakkenist Joop Brouwer een dubbele breuk opliep aan zijn been. Lubbers vond een vervanger in de jonge Bart Notten. Samen met hem maakte hij het seizoen af. Waar anderen bij tijd en wijlen veel punten hadden verspeeld bleken Lubbers-Notten uiteindelijk het meest constant. Ondanks het missen van de eerste GP haalde Lubbers-Notten de eerste internationale titel ooit binnen de zijspancross naar Nederland. Ook werd Lubbers dat jaar Nederlandskampioen. In 1973 deed hij dat trouwens opnieuw samen met Bart Notten op een WASP-Yamaha. In de GP's wilde het echter niet vlotten met de nieuwe Yamaha-motor, men werd daar 'slechts' zesde terwijl het jaar ervoor Lubbers bijna zijn FIM-cup titel kon prolongeren. Echter werden Lubbers-Notten in 1972 met een verschil van één punt net tweede in de FIM-cup. 
De carriere van Lubbers eindigde abrupt toen hij tijdens een training in maart 1974 met de punt van zijn laars bleef haken aan een boomwortel en zijn voet op diverse plaatsen brak. Lubbers deed nog wel mee aan wedstrijden na dat hij enigsinds hersteld was maar zou nooit meer zijn oude niveau bereiken. Na 1975 stopte Rikus Lubbers dan ook definitief met de zijspancross.

 

 

M

Marcel Willemsen: Marcel Willemsen begon al op jonge leeftijd als bakkenist bij zijn broer Daniël. Samen met zijn oudere broer werd hij uiteindelijk twee-maal Nederlands kampioen (1998, 1999) en in 1999 Wereld kampioen  zijspancross. De jaren nadien zouden een gouden tijd moeten gaan worden voor de broers Willemsen, immers in 1999 waren zij qua rondetijden op een eenzaam hoog niveau vergeleken met de rest van de mondiale zijspancrossers. In de winter van 2000 sloeg echter het noodlot toe. Tijdens een training in Italië liet de techniek hen in de steek. Zodoende landde het zijspanduo verkeerd na een fikse tafelsprong en bakkenist Marcel Willemsen kreeg na een enorme val het stuiterende zijspan vol in de rug. Bij de eerste diagnosestelling vroegen de artsen in Italië  zich hardop af of Marcel nog ooit zou kunnen lopen.
Terug in Nederland werd een incomplete dwarslaesie geconstateerd bij de Lochemse bakkenist. Puur op doorzettingsvermogen kreeg Marcel Willemsen het voor elkaar om na enkele maanden te lopen. 
Een half jaar na die  crash  stond Marcel zelfs weer achter het starthek tijdens de ONK zijspannen in zijn thuisplaats Lochem!
Echter niet als bakkenist maar als rijder. Marcel zou niet meer kunnen bakkenisten maar het zijspancrossvirus bleef hem grijpen. Daarop besloot hij dan maar te gaan rijden. Dit deed Marcel ook met enige beperking, terug schakelen ging namelijk niet als gevolg van de incomplete dwarslaesie. Daarom reed Marcel Willemsen altijd met een extra hendeltje links aan zijn stuur waarmee hij terug kon schakelen.
In 2005 werd Marcel bijna Nederlands kampioen zijspancross maar juist tijdens de voorlaatste wedstrijd op zijn thuisbaan in Lochem hield zijn motorblok (nota bene een blok geleend van broer Daniël!!!) er mee op. Hierdoor pakte Eric Schrijver de Nederlandse titel en werd Marcel Willemsen tweede. 
Wel pakte Marcel als rijder drie maal de Europese titel zijspancross voor landenteams en behaalde hij tijdens de GP van België 2012 een tweede plek tijdens de eerste manche. 
Hiermee vestigde Marcel Willemsen een uniek record door zowel als rijder én als bakkenist tenminste éénmaal op het GP podium te staan. 
Na het seizoen 2012 is Marcel gestopt met zeer actief zijspancrossen, dat wil zeggen het rijden van alle ONK's en GP's. 

MON: De MON staat voor Motorsport Organisatie Nederland. Zij profileren zichzelf als dé bond voor de amateur motorsportman. De MON is ontstaan uit een fusie tussen de zuidelijke NMB en de Gilembria bonden. 
De MON organiseert ook een zijspancrosskampioenschap in Nederland, en hierin staat inderdaad de 'olympische gedachte' meer centraal dan bij de officiële Nederlandse kampioenschappen zijspancross georganiseerd door de KNMV. Bij de MON mag men bijvoorbeeld tussen de manches door van bakkenist wisselen bij een blessure bijvoorbeeld. Bij de KNMV is dit absoluut verboden.
De beste zijspantoppers van de MON komen uit in het Europees IMBA zijspancross kampioenschap over ongeveer vijf wedstrijden per jaar waarin dan wordt beslist wie zich de beste zijspancrosser van Europa mag noemen van de 'liefhebbers-bonden'. 

MTH: MTH staat voor 'Motor technik Hattinger'. De basis voor de MTH blokken vormen de twee-takt blokken van KTM die Hattinger voor de zijspancross prepareerde. Niet zo vreemd dus dat juist de KTM blokken de basis vormde voor de MTH.
Na de overstap van de let Kristers Sergis van KTM naar de MTH bracht deze drie wereldtitels zijspanmotorcross binnen voor MTH van 2000 t/m 2002. Vanaf 2005 verloor MTH de concurrentie strijd van die andere voor de zijspancross special geprepareerde twee-takt motoren, de motoren van Zabel.
Na 2006 hield MTH in feite op te bestaan.

Muller: August Muller is een Nederlandse zijspancrosser die driemaal de Nederlandse titel wist te behalen. Hij deed dit de eerste keer in 1983 op een EML-Yamaha met Cor van der Bijl in de bak. Vanaf 1985 tot en met 1987 zouden de gouden jaren worden van August Muller met zijn bakkenist Henk van Heek. Van Heek en Muller hadden al eerder samen gereden en besloten om het opnieuw samen te proberen op een VMC zijspan voorzien van een 500cc Honda twee-takt.  De omschakeling naar de twee-takt en het VMC-frame bleek een goede zet. Op hun nieuwe lichte zijspan reden de mannen drie-maal naar de Nederlandse titel zijspancross en werden ze drie jaar achteréén vice-wereldkampioen zijspancross met acht GP overwinningen achter hun naam. Helaas voor August Muller was in deze periode de Zwitserse combinatie van Hansi Bachtold/Fritz Füss ongenaakbaar waardoor men steeds die eeuwige tweede bleef binnen het wereldkampioenschap. In de zomer van 1988 ging het duo Muller-Van Heek wederom uit elkaar en probeerde Muller het nog met een andere bakkenist maar in zijn hoofd was August Muller er letterlijk klaar mee. Op 28 augustus tijdens de GP van Oostenrijk besloot Muller na de eerste manche om abrupt te stoppen met de zijspancross en borg zijn spullen definitief op in zijn crossbus. Een roemloos afscheid van een man die dit eigenlijk niet verdiende. 

 

N

Nations-cross (Sidecarcross of European Nations): Aan het einde van elk zijspancrosss seizoen wordt de European Sidecarcross of Nations verreden. In dit wedstrijd-weekend worden de drie beste zijspancross-combinaties vanuit een desbetreffend land naar voren geschoven om de Europese titel voor hun land en nationale bond op te eissen. Deze wedstrijd wordt elk jaar op een ander circuit en in een ander land verreden.
Het 'nations' weekend bestaat uit de kwalificatie races op zaterdag en uit drie voor de punten tellende manches op zondag. Ieder zijspan rijdt twee heats waardoor alle drie de zijspannen per land in totaal 6 x punten kunnen scoren voor hun land. Anders dan bij het WK wordt de nations-titel beslist door strafpunten. De eerste plek in een heat levert 1 strafpunt op en de tiende 10 strafpunten. Een uitvalbeurt is dus vaak een ramp tijdens de nations, al mag elk land het slechtste resultaat weg strepen en tellen er uiteindelijk vijf scores mee voor het eindtotaal.
De eerste Sidecarcross of European Nations vond plaats in Pluckuff, Duitsland in 2000. Dit nadat enkele enthousiasteingen binnen de mondiale zijspancross wereld het eigenlijk maar vreemd vonden dat de solo-crossers wel altijd al hun motocross des Nations hadden en de zijspannen niet. Sinds 2010 is ook de Quads categorie toegevoegd bij het nations-evenement van de zijspannen.
De wedstrijd is 5 maal gewonnen door team Nederland maar hiernaast gingen ook België en Letland meerdere malen met de landstitel er vandoor. Ook Duitsland en Estland mochten zich éénmaal Europees kampioen zijspancross noemen.

Notten: Bart Notten (sr.) is een oud-bakkenist die maar liefst 30 jaar is blijven rijden op het hoogste niveau en daarbij meermalen Nederlands kampioen werd, verschillende malen een GP wist te winnen en de eerste internationale titel in de zijspancross veroverde voor Nederland samen met rijder Rikus Lubbers in 1971. Notten stapte voor het eerst in de bak in 1967 en kwam in mei 1970 opeens in aktie tijdens een internationale zijspancross. In Zaltbommel werd er omgeroepen dat de Duitser Simon op zoek was naar een bakkenist omdat hij tijdelijk zonder zat en toeschouwer Bart Notten besloot zich dan maar te transformeren naar bakkenist. In allerijl kon Bart wat crosskleding lenen en plompverloren werd hij die dag aan de zijde van rijder Herbert Simon zevende in de uitslag. Een jaar later verving hij de geblesseerde bakkenist Joop Brouwer met glans aan de zijde van Rikus Lubbers en wist Notten dus de eerste internationale titel naar Nederland mee te nemen via het winnen van de eerste FIM-cup in de zijspancross.
Na zijn actieve carriere bleef het zijspancross-virus rondgaan in het bloed van 'the godfather' der bakkenisten. In eerste instantie door zich nadrukkelijk te presenteren tijdens de GP's als fanatiek toeschouwer getooid in het oranje en met een mooie vlag en later ook via de stichting Kids & Sidecars. Deze stichting ter promotie van het jeugd-zijspancrossen is feitelijk 'het kindje' van Bart Notten.
Tot op de dag van vandaag is Bart Notten nog steeds aanwezig als enthousiast supporter van de zijspancross en ondersteund hij stichting Kids & Sidecars die in feite door zijn enthousiame  voor de zijspancross is ontstaan.

 

O

ONK zijspan: ONK zijspan is de officiele benaming voor het Open Nederlands kampioenschap zijspancross dat wordt georganiseerd onder auspiciën van de KNMV. Het kampioenschap bestaat uit een aantal losse wedstrijden, meestal tussen de zes en tien, die worden georganiseerd door motorcrossclubs die zich hiervoor aanmelden en geschikt worden bevonden. Het ONK wordt op één dag verreden en bestaat uit een korte vrije training, een kwalificatie training en twee manches waarin wordt gestreden om de punten voor het Nederlands kampioenschap en hiernaast ook voor de dagoverwinning.
ONK is de afkorting van 'Open Nederlands Kampioenschap'. Dit betekend dat het Nederlandse zijspancross kampioenschap niet alleen open staat voor Nederlanders maar ook voor deelnemers van daarbuiten. Op deze manier kunnen bijvoorbeeld Belgische maar ook Duitse of Britse zijspanteams mee doen aan het Nederlands kampioenschap. Ook in andere landen is het nationale kampioenschap een 'open' kampioenschap waardoor Nederlandse teams ook aan een nationaal kampioenschap in bijvoorbeeld België of Duitsland kunnen deelnemen. Pas sinds 1990 worden er daadwerkelijk punten toegekend aan deelnemers van buiten Nederland.
Het (open) Nederlands Kampioenschap zijpanmotorcross wordt sinds 1961 elk jaar verreden en bestaat dus al meer dan een halve eeuw. De meest succesvolle zijspancrosser van Nederland is Daniël Willemsen die maar liefst tien keer Nederlands kampioen werd.

 

Q

Qualification: Binnen de zijspancross GP wereld is de kwalificatie bij meerdere Grand Prix's een serieuze gelegenheid. Niet alleen wordt hiermee de rangorde bepaald om de beste startplek voor de eigenlijke GP op zondag te bepalen maar meermaals moeten er op zaterdag al teams naar huis. 
Er zijn namelijk maar 30 startplekken voor de GP op zondag en vaker wel dan niet komt het voor dat er meer dan 30 zijspanteams zich aanmelden voor een Grand Prix. Soms zijn er wel rond de vijftig deelnemers vooraf aangemeld en moeten er dus tientallen afvallen voor de zondag. Alle deelnemers worden op het moment van meer dan 30 aanmeldingen opgesplitst in een A en B groep op basis van de stand in het WK. De nummer één in de stand gaat naar de A groep, de nummer twee naar de B groep, de nummer drie weer naar A etc.
Tot aan 2007 werd er via een tijdtraining bepaald, waarin het ging om het zetten van een snelle ronde, welke beste vijftien van elke groep doorgingen naar de eigenlijke GP op zondag. Sinds 2008 is in navolging van de solo GP's de tijdtraining echter vervangen door een kwalificatie wedstrijd van 20 minuten + 1 ronde. De beste twaalf uit elke groep gaan hierbij door naar de GP op zondag. De laatste zes plekken voor de GP worden verdeelt in een half uur durende 'last change' tijdstraining op de late zaterdagmiddag waarin het 'ouderwets' gaat om het zetten van een snelle ronde. De nummer 7 en 8 uit deze last change worden aangewezen als eerste en tweede reserve team (in het geval een gekwalificeerd team niet kan deelnemen door een opgelopen blessure bijvoorbeeld). De nummer negen en alles daarachter vallen dus uiteindelijk af. De uitslag van de kwalificaties gelden direct ook als volgorde waarin de dertig gekwalificeerde deelnemers hun plek achter het starthek mogen uitkiezen voor de eigenlijke GP wedstrijden op de zondag. 

 

R

Reiger: Het Nederlandse Reiger is een firma voor schokbrekers en vering en heeft bijgedragen aan meerdere wereld- en nationale titels binnen de zijspancross. Reiger is verder actief binnen onder andere de rally sport.

 

S

Schrijver: Eric Schrijver was een Nederlandse zijspancrosser die samen met zijn bakkenist Eric Verhagen in 2005 Nederlands kampioen zijspancrossen werd. De toenmalige torenhoge favoriet Daniël Willemsen kon zijn titel door pech dat jaar niet verdedigen en de strijd om de titel ging uiteindelijk tussen broer Marcel Willemsen en Eric Schrijver.  In 2002 en 2003 maakte Eric Schrijver ook deel uit van het winnende Nederlandse team tijdens de Sidecarcross of Nations. In 2002 met bakkenist Patrick Nieuwenhuizen en in 2003 met bakkenist Eric Verhagen.

Sergis: Kristers Sergis is een Letse zijspanrijder die samen met zijn bakkenist Artis Rasmanis uiteindelijk 5 keer Wereldkampioen zijspancross werd. Hiermee verbrak hij het record van beide Zwitserse teams Bachthold/Fuss en Fuhrer/Kaisser die 4 keer de mondiale titel binnen sleepte. Sergis kreeg de sport via zijn vader doorgegeven daar deze vroeger ook al mee deed aan het kampioenschap van de Sovet Unie (het vroegere Rusland) . Toen Sergis/Rasmanis in 1997 voor het eerst Wereld kampioen werden was de toen nog pas autonome staat Letland te klein.  Zijspancross werd daar een ware hype en tijdens de eerste paar GP's in Letland eind jaren negentig werd de crossbaan aldaar omzoomd door een kleine 50.000 toeschouwers die allen hun Letse helden naar voren wilden juichen. Sergis/Rasmanis prolongeerde hun titel in 1998 met een BSU-MTH zijspan. In 1999 waren de broertjes Willemsen te sterk voor Sergis en werden zij nipt Wereld kampioen ondanks protesten van Letse zijde. Hierdoor bekoelde de sfeer tussen voornamelijk Sergis en kamp Willemsen behoorlijk. De voorbereiding voor seizoen 2000 bleek achteraf cruciaal te zijn voor Sergis. Zijn naaste concurrent Willemsen crashte hard en voor  Marcel was zijn rol als bakkenist uitgespeeld door een incomplete dwarsleasie. Rijder Daniël kon maar moelijk wennen aan een andere bakkenist en dat maakte de weg vrij voor Sergis/Rasmanis om drie maal achteréén wederom wereld kampioen te worden. In deze drie jaar kon werkelijk niemand tippen aan de snelheid van het Letse duo. Met grote punten verschillen werden zij Wereldkampioen zijspancross. In deze jaren bij een steeds oplopende knieblessure van Artis Rasmanis trouwens geholpen door twee Nederlandse inval bakkenisten; Ramon van Mill en Christian Verhagen. In 2003 had Daniël Willemsen eindelijk zijn bakkenist gevonden waarmee het wel wilde vlotten. Uitgerekend Sergis z'n  landgenoot Kaspar Stupelis zorgde voor een tweede wereldtitel voor Daniël Willemsen. Sergis probeerde in de volgende jaren van alles, tot protesten aan toe, maar hij kon nimmer het Willemsen echt lastig maken al hebben de twee ook in deze jaren menig fraai duel uitgevochten. Sergis kreeg net als Willemsen eerder overkwam ook te maken met het feit dat zijn vaste bakkenist niet meer verder on op niveau.  Artis Rasmanis moest de sport vaarwel zeggen na 2003 door dezelfde knieblessure die maar bleef opspelen. Met andere bakkenisten haalde Sergis nimmer zijn niveau van welleer. Eind 1996 maakte de Let die dus maarliefst vijf keer Wereldkampioen werd bekend te stoppen met de zijspancross.

Snijder: Ben Snijder was een zijspancrosser die gerust gezien mag worden als pionier voor de Nederlandse zijspancross en voor de zijspancross in zijn algemeen. Snijder begon in zijn motorsportloopbaan in 1948 tijdens de terreinwedstrijden. Acht jaar later kreeg Snijder tijdens een training voor een kampioenenrit een aanrijding met een auto. Snijder liep hierbij twee gebroken benen op en zijn loopbaan binnen de motorsport leek voorbij.  Via een uitnodinging van de Belgische organisator KAMV Mortsel kwam Snijder in 1957 toch weer aan de start tijdens een wedstrijd. En wel in de zijspancross! Dit zou wat minder belastend voor zijn benen zijn. In mei van dat jaar toog Snijder naar België en werd daar met open armen ontvangen door onder andere Leon Liekens die Snijder bijstond met raad over het wel en wee van het rijden en onderhouden van een crossmotor met zijspan. Snijder werd erg enthousiast van het zijspancrossen en in Brabant bracht hij zo een waar zijspancross wereldje op de been. Uiteindelijk groeide de sport, mede door het pionierswerk van Ben Snijder, zo verder dat er in 1961 een eigen officieel Nederlands kampioenschap plaats vond. Snijder werd in dat eerste jaar samen met bakkenist Cees de Rooy vice-kampioen zijspancross achter Steman/De Haas.  Snijder toog eind jaren zestig vaak over het ijzeren gordijn om daar deel te nemen aan wedstrijden in het voormalige Tsjecho-Slowakije tegen Russen op hun Urals en Tsjechen op hun zelfbouw zijspannen. 
Snijder was in 1971 ook van de partij toen zijn droom uitkwam, een internationaal zijspancross kampioenschap. Echter verliep de FIM-cup niet zoals Snijder zou willen. De techniek van een hagelnieuw Laverda blok liet hem in de steek en veroorzaakte zelfs een crash doordat de voorvork van de WASP-combinatie afbrak. De Italiaanse twee-pitter bleek gewoon te zwaar. Hierdoor stond Snijder een aantal wedstrijden aan de kant en kon zodoende geen punten halen voor dit FIM kampioenschap.

Totaan 1975 deed Snijder, toen al 52 jaar oud, mee aan het Nederlandskampioenschap zijspancross. 
Om zijn impossante carriere  en pionierswerk voor de zijspancross te eren werd vanaf 1976 de 'Ben Snijder troffee' vergeven aan de winnaar van de grand prix van België te Betekom. De Ben Snijder troffee was een wisselbeker waarvan de winnaars een kleinere replica kregen. Alleen diegene die drie keer de GP van België te Betekom zou winnen mocht het echte exemplaar houden. Uiteindelijk lukte dit alleen viervoudig Wereld kampioen Andreas Fuhrer die begin jaren negentig drie maal winnaar werd van de Grote Prijs van België.

Steegmans: Peter Steegmans is een Belgische zijspancrosser die het als eerste non-Nederlander voor elkaar wist te krijgen om Nederlands kampioen zijspancross te worden in 2009. Dit deed Steegmans samen met de Nederlander Christian Verhagen aan zijn zijde. Daniël Willemsen leide in 2009 lange tijd de dans totdat hij in het bloedhete Mill zijn scheenbeen brak en een aantal maanden was uitgeschakeld. Steegmans bleek op zijn VMC-Zabel het meest constant en ging tijdens de laatste ONK te Valkenswaard als nieuwe Nederlands kampioen zijspancross over de finish. 

Steman: Henk Steman(sr.) was een allround-motorsport man uit Voorburg nabij Den Haag die drie keer Nederlands kampioen zijspancross is geworden, vanaf de start van het Nederlands kampioenchap in 1961 tot en met 1963. Steman behaalde al zijn zijspancross kampioenschappen op een zijspan met een BSA blok erin.
Hij werd in 1963 kampioen met Henk van Rees in de bak. Ook werd dit duo naast zijspancross kampioen in dat jaar ook nog eens kampioen in de grasbaan-racerij. De zijspancross titels in 1961 en in 1962 behaalde Steman met bakkenist Map de Haas. 
Dit duo had in 1955 al voor een verrassing gezorgd tijdens de Dutch TT op Assen. In 1955 werd de vermaarde Dutch TT voor het eerst verreden op het destijds gloednieuwe 'vaste' circuit van Assen.  Voor het eerst konden hierdoor de zijspannen ook meedoen aan de wegrace Grand Prix van Nederland voor hun WK punten. Steman en de Haas werden in deze allereerste Dutch TT voor de zijspannen zesde en verbaasde daarmee vriend en vijhand en scoorde zo ook nog een punt voor het WK wegrace zijpannen.  Drie jaar eerder was Henk Steman al zevende geworden op de Dutch TT in de 250cc klasse waarin hij in 1954 vice Nederlands kampioen werd. Naast de wegrace met de solo en de zijspan deed Steman ook mee aan speedwaywedstrijden waarin hij drie keer Nederlands kampioen werd.  Ook was Steman éénmaal Nederlands kampioen in de 'betrouwbaarheids'ritten in 1962.

 

 

 

T

Tafelberg:
Naam voor een bepaalde springbult die als kenmerk heeft dat deze vanaf de 'begane' grond oploopt, vervolgens op de heuvel een plat gedeelte bevat van minimaal drie meter lang maar vaak langer, waarna deze bult weer afloopt naar de 'begane' grond. De snelste manier om de Tafelberg te nemen is volledig over het platte gedeelte te springen om vervolgens precies te landen op het aflopende gedeelte. Een tafelberg kan maar anderhalve meter hoog zijn en in totaal maar vijf meter lang, maar deze hindernis kan ook een hoogte hebben van bijvoorbeeld 6 meter en 25 meter in lengte. De benaming komt van de wereldbekende 'Tafelberg' nabij Kaapstad in Zuid-Afrika.

Ten Thije: Jan ten Thije was een Nederlandse zijspancrosser die samen met zijn broer Theo drie keer Nederlands kampioen zijspancross werd.  Jan ten Thije is begonnen als solo crosser maar kwam er bij de senioren achter dat dit toch niet voor hem was weggelegd.  Aan het einde van seizoen 1966 besloot Jan daarom over te stappen naar de zijspannen, ook omdat zijn broer Theo aangaf wel als bakkenist te willen fungeren. Samen met Hennie Winkelhuis, de latere oprichter van EML, maakte ze een zijspan vast aan Jan zijn BSA 500cc Goldstar crosser. In de kampioenswedstrijden in hun debuut jaar verliep alles op rolletjes en zodoende konden de broers Ten Thije, na wel midden in het seizoen te hebben gewisseld naar een BMW-motorblok, zich al direct Nederlands kampioen van 1967 noemen. In 1968 was de ook zojuist naar de zijspannen overgestapte Broer Dirckx te sterk voor het duo uit St.Isidorushoeve maar in 1969 en in 1970 werden de broers Ten Thije wederom Nederlands kampioen.  In de jaren nadien wist Jan ten Thije nimmer meer Nederlands kampioen te worden al zat hij er soms dichtbij. Ook gaf zijn broer Theo aan om te stoppen maar enkele jaren later in 1974 stond hij toch weer een jaar in de bak naast Jan.  In de mondiale zijspancross wist Ten Thije driemaal een GP te winnen. In 1971 op een Norton-Wasp de GP van België samen met broer Theo, in 1972 de GP van Zweden met bakkenist Fons ten Vregelaar en in 1974 wist hij de GP van Nederland te winnen met wederom zijn broer Theo in de bak op een EML voorzien van een BMW-blok.

Timmermans: Eimbert Timmermans, alias 'Timke', was een Nederlandse zijspancrosser die samen met zijn vaste bakkenist Eric Verhagen maarliefst twee keer Wereld Kampioen werd in 1991 en 1992 op een Kawasaki-EML zijspan. Hiernaast haalden Timmermans/Verhagen vier keer de Nederlandse titel zijspancross binnen. Het Schijndelse duo begon hun crosscarriere in 1982 bij de MON en al binnen drie jaar besloten zij na een vierde plaats in het senioren kampioenschap zich over te laten schrijven naar de KNMV. Via een door Maico importeur Piet van Dijk nieuw aangeboden EML-Maico konden Timmermans/Verhagen na wat opstart problemen beginnen aan hun carriere bij de KNMV. In 1985 werd men direct 10e en in 1986 werd men al voor het eerst Nederlands kampioen op de EML-Maico. 
Vanaf 1987 werd hen een Kawasaki krachtbron aangeboden en op hun nieuwe Kawasaki-EML zijspan ging het aanvankelijk niet voor de wind. Verhagen brak een sleutelbeen en qua resultaten was het in 1987 daarom  niet om naar huis te schrijven. In 1988 was men echter terug. In de NK's werd men vice-kampioen en in het wereld kampioenschap werd men dat jaar vijfde. In 1989 werden Eimbert en Eric voor de tweede maal kampioen van Nederland. In het WK werd dat jaar de eerste manche overwinning ooit gehaald in Zwitserland en werd men aan het einde van de rit derde. In 1990 was het dan ook overduidelijk het doel om nu naast de Nederlandse titel ook de Wereld titel naar Schijndel mee terug te nemen. Echter ging een ander Nederlands duo met die WK-titel aan de haal. Janssen-Geurts van Kessel uit Schaik werden namelijk Wereld kampioen en Timmermans/Verhagen moesten genoegen nemen met de vijfde plek. Wel eiste zij dat jaar voor de derde keer de Nederlandse titel zijspancross op. In 1991 werd men dan eindelijk Wereld kampioen! Het Schijndelse duo was net een maatje te groot voor de Belg Eddy Ramon en tijdens de laatste GP in het Tsjechische Oubenice werden de champagne flessen ontkurkt voor het Brabantse duo.
In 1992 werd dit kunststukje herhaald. In dit jaar kon niemand het duo uit Schijndel bij blijven. Naast de tweede wereld titel werd men namelijk ook voor de vierde keer Nederlands kampioen na alle kampioensmanches te winnen. Een nooit eerder vertoonde en unieke prestatie!
Na 1992 hielden Timmermans/Verhagen het voor gezien binnen de zijspancross. Verhagen ging verder met basketbal en Timmermans met zijn transport bedrijf. In 1995 kwam Timmermans uit liefhebberij een jaar terug binnen de zijspancross en werd tijdens de GP van Nederland nog 10e. Een bewijs van zijn kunnen als zijspancrosser.

Ton van Heugten: Ton van Heugten is een Nederlandse zijspancrosser die éénmaal Wereldkampioen zijspancross is geworden in 1981, éénmaal Europeeskampioen in 1975 en maarliefst 4 keer Nederlandskampioen zijspancross in 1975, 1976, 1979 en 1980. Hiernaast reed Ton van Heugten op een zijspan als eerste de Dakar rally, in 1982, samen met Frits Kiggen. Men haalde de eindstreep  uiteindelijk wel maar werd helaas niet geklasseerd door het missen van twee-etappes. Ton van Heugten is de enige Nederlander die in destijds alle cross-klassen Nederlandskampioen is geworden en bovendien ook tweemaal winnaar van de Hans de Beaufort beker.
Ton van Heugten begon in navolging van zijn broers Cor, Gerard en Stefan vanaf halverwege 1971 zijn kusten te vertonen op een zijspancrosser. In 1972 was Van Heugten al gepromoveerd tot de hoogste categorie binnen het Nederlandse zijspancross kamioenschap samen met zijn bakkenist Sjaak Wery en mochten zij zelfs deelnemen aan het Europees kampioenschap zijspancross wat de nieuw bakken combinatie direct een derde plek opleverde in de eindstand van de voorloper van het WK zijspancross.
In 1974 ging Ton van Heugten samen met Dick Steenbergen uit Reeuwwijk de strijd aan binnen de hoogste zijspan kampioenschappen. En niet onverdienstelijk want samen met Steenbergen werden uitendelijk twee Nederlandse titels behaald in 1975  en in 1976 en bovendien werden Ton en Dick Europees kampioen zijspancross in 1975 op hun destijds uniek lichte Hagon-frame voorzien van een Yamaha kracht bron.
Vanaf 1979 trad Ton aan met Frits Kiggen in de bak en hij behaalde samen met hem in feite hetzelfde resultaat als eerder met Steenbergen. Twee maal Nederlands kampioen in 1979 en in 1980 en in 1981 volgde de absolute kroon op de carriere van Ton. Hij wist wederom het mondiale zijspan-kampioenschap te winnen en mocht zich nu Wereld Kampioen zijspancross  noemen. Hij haalde deze titel binnen met Frits Kiggen en met Sies Hurkmans. Hurkmans moest noodgedwongen instappen bij Van Heugten voor de laatste twee GP's van 1981 nadat Kiggen tijdens de Engelse GP zijn sleutelbeen had gebroken na uit de bak te zijn gevallen.
Na 1981 belandde Ton van Heugten totaan 1986, behoudens in 1983, steevast op het eindpodium van het WK zijspancrossen. In 1989 besloot Ton van Heugten te stoppen met de zijspancross nadat hij in stijl beide manches van het laatste NK zijspancross in Zevenhoven wist te winnen.

 

V

VMC: VMC is een fabrikant van zijspancross frames en de letters staan voor Vruwink Motor Constructies. In 1984 besloot Holtenaar Vruwink zijspancross frames te bouwen vooral gespecialiseerd voor twee-takt motorblokken. Nadat mede-plaatsgenoot August Muller vanaf 1985 op een VMC succes boekten in zowel het NK als in het WK begon VMC aan zijn opmars. Uiteindelijk wist VMC totaan 1995 vier Wereldtitels zijspancross binnen te slepen doordat zowel Hüsser als Führer tweemaal op een VMC het WK wisten te winnen.  
In 1995 besloot Vruwink het bedrijf te verkopen aan oud-Nederlands Kampioen zijspancross Jan Bakens. Begin 2013 werden alle VMC activiteiten overgenomen van Bakens door Hocob framebouw uit Holten. In feite werden de VMC frames al jaren daar gefabriceerd, alleen Bakens was nog officeel eigenaar van het merk VMC.
VMC wist in totaal maarliefst 11 wereldtitels te behalen binnen de zijspancross. Naast de 4 eerder genoemde titels van Hüsser en Führer wist Daniël Willemsen op een VMC maarliefst 6 keer Wereld kampioen te worden.  In 2009 behaalde de belg Joris Hendrickx zijn enige Wereldtitel zijspancross ook binnen op een VMC-frame.

 

W

Wasp: Wasp zijspancross-frames waren de eerste frames ter wereld die op grote schaal werden gemaakt voor de zijspancross. 
De Engelsman Robin Rhinn-Tutt had begin jaren 60 in Engeland zijn eigen zijspan-frame gemaakt om deel te nemen aan grasbaanwedstrijden. Dit was één van de eerste frames ter wereld voor de zijspanbaansport die uit één buizenconstructie bestond, dit terwijl doorgaans in deze tijd het zijspan en de motor los van elkaar waren te schroeven.
Het viel anderen in Engeland al snel op dat het zelfbouw-frame van Robin Rhinn-Tutt zich erg stabiel en snel deed voorkomen.
Dit doorzag ook zijspancrosser Mike Guilford en al snel haalde hij klinkende resultaten in Groot Britannië met zijn door Rhinn-Tutt gebouwde zijspan voorzien van een Norton motorblok. Weldra kreeg Rhin-Tutt meer vragen van rijders om een frame voor hen te maken. 
Mike Guilford werkte bij een motorzaak en de eigenaar van deze zaak kreeg al snel in de gaten dat de WASP-frames goed zouden verkopen voor de steeds populairder wordende zijspan-motorcross. 
Deze motorhandelaar, George Sawyer, kwam toen met de naam 'Wasp' op de proppen als toevoeging bij Robin Rhinn-Tutt. Officieel was de naam van de frames vanaf die tijd 'Robin Rhinn-Tutt Wasp' maar men sprak natuurlijk snel over alleen de afgekorte naam Wasp. 
In 1968 stopte Rhinn-Tutt met werken bij defensie in Groot Britannië om zich full-time met het frame bouwen bezig te houden.
Vanaf die tijd was 'Wasp' hét frame voor de zijspancross tot aan het begin van de jaren tachtig. In totaal behaalde Wasp in elf  jaar maarliefst tien titels binnen de mondiale zijspancross (eerst in de FIM-cup, later het Europees kampioenschap en vanaf 1980 het wereld kampioenschap geheten)
Wasp kreeg eind jaren zevetig/begin jaren tachtig stevige concurrentie van EML die vanaf 1983 zelfs een compleet zijspan leverde, de legendarische EML Jumbo twee-takt machine. Rhinn Tutt was ook met een eigen motorblok bezig maar gokte mis door een viertakt-motorblok te bouwen. Zijn project was pas echt klaar toen de EML-Jumbo al de eerste WK-titel op zak had. 
Rhinn-Tutt had teveel geïnvesteerd in zijn uiteindelijk mislukte 'motor-blok' project en midden jaren tachtig hield Wasp het dan ook voor gezien binnen de zijspancross.
Wasp bestaat echter vandaag de dag nog steeds en maakt onder andere aanpassingen aan weg-zijspannen zodat invalide mensen ook nog steeds kunnen motorrijden op bijvoorbeeld een aangepaste motorfiets voorzien van een zijspan waarin men de eigen rolstoel kan binnenrijden.

Wasbord / Waves: Benaming voor een hindernis op een motorcrossbaan. Het wasbord of de 'waves/wave-sectie' bestaat uit een aantal bultjes, minimaal drie maar vaak meer, van niet hoger dan 1 meter die direct na elkaar zijn neergelegd. Binnen de zijspancross is een wasbord niet zo geliefd onder de deelnemers omdat het met een zijspan erg moeilijk is om van heuveltje naar heuveltje te springen. 
De naam wasbord komt van een oud gebruiksvoorwerp dat golfend van vorm was en dat  vroeger werd gebruikt om kleren te wassen toen men nog geen wasmachine had.

WHT: WHT maakt frames voor de zijspancross en is een relatief nieuw merk binnen de zijspancross. WHT staat voor Wim Hones Techniek.  De Nederlander heeft onder andere het Franse team van Girraud rond rijden op zijn frame.

WSP: WSP staat voor Willemsen Sidecar Products en is ontstaan vanuit BSU. De Nederlander Berry Willemsen, vader van Daniël en Marcel en zelf oud-zijspancrosser, is begonnen met het bouwen van de WSP frames nadat BSU ophield te bestaan. WSP steeg vanaf eind jaren '00 in het nieuwe millenium naar grote hoogte toen zoon Daniël Willemsen zich ook ging mengen in het maken van de WSP-frames. Dit resulteerde uiteindelijk in een zege reeks van WSP vanaf 2010 tot en met 2013. Driemaal wist Daniël Willemsen op zijn 'eigen' frame Wereldkampioen te worden en in 2013 werd de Belg Ben Adriaenssen Wereldkampioen op een WSP voorzien van een KTM-motorblok.

 

X

'X': De letter X wordt vaak gebruikt als afkorting van het woord 'cross' binnen de motorcross maar ook de zijspancross of andere klassen binnen de motorcross. De X heeft namelijk de vorm van een zogenaamd Andreas-kruis en het woord kruis in de Engelse taal is 'Cross'. Vandaar dat de letter X vaak als vervanger wordt neegezet van het hele woord cross (bijvoorbeeld Moto-X maar ook Sidecar-X of helemaal afgekort MX of SCX/SMX)

Z

Zabel: Zabel is de naam van een twee-takt motorblok dat speciaal gemaakt wordt voor de zijspancross. De motorblokken van de Duitser Wilhelm Zabel zijn al jaren toonaangevend wat betreft twee-takt motorblokken binnen de zijspancross.
Zabel begon zijn carriere binnen de zijspancross met het tunen van motorblokken voor de zijspancross in 1980. Prompt werd de Duitser Bohler wereld kampioen op een 'Zabel tuning' Yamaha. Dit onverwacht snelle succes smaakte naar meer maar het koste Zabel veel inspanning om uiteindelijk toonaangevend te worden binnen de zijspancross. Vanaf half jaren tachtig begon Zabel zich te specialiseren in het tunen van Maico twee-takt blokken. In 1990, toen de zijspancross werd gedomineerd door merken als Honda en Kawasaki, besloot Zabel onder zijn eigen naam blokken te maken. Dit waren in feite dezelfde blokken als de eerdere Maico's alleen nu niet alleen getuned door Zabel maar ook gefabriceerd. Een van de eerste rijders die mondiaal van zich deed spreken met een Zabel-blok was de Duitser Walter Netterscheid begin jaren '90.
In deze jaren '90 begon de opmars van Zabel. Omdat Zabel als één van de weinige puur en alleen voor de zijspancross motorblokken maaktte kon hij zijn motoren blijven verbeteren en fijn-tunen voor de zijspancross. In 1997 kwam Zabel met zijn nieuwe motorblok, de ZM 97-98 , en dit leverde zijn eerste Wereld titel op als motorleverancier doordat de Let Sergis Wereldkampioen werd in 1998 op een BSU-Zabel. In  1999 werd Zabel opnieuw kampioen doordat de Nederlandse broers Daniël en Marcel Willemsen wereldkampioen werden op een BSU-Zabel.
Omdat Zabel ook  Daniël en Marcel Willemsen ondersteunde besloot Sergis te gaan rijden voor de op dat moment grootste concurrent van Zabel, MTH (zie 'MTH' voor meer info).  Sergis wist op de MTH driemaal wereldkampioen te worden voordat het 'tijdperk' Willemsen aanbrak. Vanaf 2003 tot en met 2008 werd Daniël Willemsen achter elkaar Wereldkampioen met een zijspan voorzien van een Zabelblok. Hierdoor werd MTH uiteindelijk helemaal de marge in gedrukt en verdween uiteindelijk zelfs van het zijspancrosspodium.
Zabel behaalde tot nu toe vanaf 1998 in totaal elf wereldtitels binnen en wil je binnen de zijspancross op twee-takt gebied echt meedoen dan heb je een Zabel-motorblok in je zijspan hangen.


Zijspan:
Een zijspan is een constructie naast een motorfiets bedoeld om mensen/goederen mee te vervoeren. De zijspan is aan het begin van de twintigste eeuw onstaan omdat er destijds veel mensen waren met een motorfiets die te weinig geld hadden om een auto aan te schaffen maar daarentgen wel meer spullen/mensen wilden vervoeren. Men bedacht van alles zoals een soort stoeltje aan de voorkant van de motorfiets en een soort aanhanger voor achter de motorfiets maar uiteindelijk bleek het toch de beste optie om naast de motorfiets extra ruimte te 'bevestigen' voor passagiers danwel andere spullen. Zo werden de eerste motoren met zijspan een feit. Tegenwoordig bestaan er eigenlijk geen motoren meer met zijspan. Dit komt door het feit dat een motor met zijspan een losse motorfiets is met het zijspan eraan bevestigd en dat deze constructie tegenwoordig eigenlijk nooit meer wordt gemaakt. Thans maakt met één frame waarin zowel de motorfiets als het daadwerkelijke zijspan samen aan vast zitten, de zijspan-'combinatie'.
Een zijspan is een uniek vervoersmiddel daar het de enige is in de Wereld die A-symetrisch is.
Het 'zijspan' van een zijspancombinatie kan zowel links als rechts gemonteerd worden. In landen waar men aan de rechter kant van de weg rijdt, zoals Nederland bijvoorbeeld, zit het zijspan ook aan de rechter kant (zodat de passagier direct de stoep op kan stappen en de rijder goed overzicht heeft daar deze meer naar het midden van de weg zit) In Landen waar men links rijdt, zoals Engeland en Sweden bijvoorbeeld, zit het zijspan ook aan de linkerkant. Overigens is dit geen verplichting dat het zijspan aan een bepaalde kant gemonteerd zit. Dit geldt zowel voor de openbare weg als in de zijspanmotorsport (m.u.v. enkele disicplines zoals speedway e.d.  bijvoorbeeld waar louter een rondje wordt gereden met twee dezelfde rechter of linker bochten).
Een zijspan moet verder twee sporig zijn (dus het voor- en achterwiel in één lijn achter elkaar) en kan aandrijving hebben aan het zijspanwiel. Dit is echter binnen de zijspansport verboden.